Van steeds strengere eisen tot transparantie als toegevoegde waarde - over de toekomst van duurzaamheidsrapportages en -beoordelingen
Via dit artikel, nodig ik u uit om samen met mij een blik te werpen op de toekomst van duurzaamheidsrapportages, -beoordelingen en -evaluaties van bedrijven - om u een toekomst voor te stellen waarin deze effectieve katalysatoren zijn voor duurzame transformatie.
Naarmate de noodzaak toeneemt om op een milieuvriendelijke en sociaal duurzame manier zaken te doen, groeit ook de behoefte om te begrijpen hoe goed bedrijven presteren. Aan de ene kant hebben we transparante en uitgebreide duurzaamheidsrapportages nodig om een eerlijk beeld te geven van de effecten en prestaties van bedrijven. Anderzijds zijn duurzaamheidsbeoordelingen, assessments en certificeringen belangrijke instrumenten geworden om deze informatie te evalueren en samen te vatten voor klanten, investeerders en andere belanghebbenden.
De afgelopen jaren heeft dit landschap zich snel ontwikkeld en is het diverser geworden, waardoor de broodnodige aandacht voor duurzaamheidsvraagstukken is gewekt en veranderingen verder zijn gestimuleerd. Maar we zijn op een punt aangekomen waarop het moeilijk wordt om door de bomen het bos nog te zien. Bedrijven moeten zich een weg banen door een wirwar van dwingende regelgeving, zich houden aan vrijwillige kaders die de norm zijn geworden, rapportage-aanbevelingen overnemen die betrekking hebben op een specifiek duurzaamheidsgebied, en afzonderlijke vragenlijsten voor duurzaamheidsbeoordelingen invullen.
Dienen deze vele raamwerken, beoordelingen en certificeringen nog steeds hun uiteindelijke doel als middelen voor geïnformeerde besluitvorming? Ik voorzie en hoop dat wij ook in dit opzicht nu overgaan van een bijna kakofonische overdaad naar een zinvolle optimalisering. En wel hierom:
Toenemende vraag naar uitgebreide duurzaamheidsrapportage
Het is duidelijk dat de hoeveelheid en diepgang van duurzaamheidsrapportages alleen maar zal toenemen. Het meest recente voorbeeld hiervan is de EU-taxonomie voor duurzame activiteiten, die de manier waarop bedrijven de duurzaamheid van hun activiteiten definiëren en daarover rapporteren, ingrijpend verandert. Verre van perfect, maar het dwingt bedrijven hun activiteiten te bekijken vanuit een invalshoek die tot nieuwe strategische zakelijke overwegingen kan leiden.
Op Europees niveau zullen wetgevingsinitiatieven zoals de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) en de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDD) steeds hogere eisen stellen aan de duurzaamheidsactiviteiten en -rapportages van bedrijven. Ook in de Verenigde Staten heeft de Securities and Exchange Commission (SEC) een regel voorgesteld voor bedrijven om uitgebreider verslag uit te brengen over de klimaatgerelateerde effecten op hun bedrijf, met inbegrip van klimaatgerelateerde risico's en de financiële gevolgen daarvan. Als ze dat nog niet hebben gedaan, is het nu tijd voor bedrijven om hun inzicht uit te breiden tot in hun toeleveringsketens, verder in de tijd en verder in het onbekende, om de potentiële gevolgen, risico's en kansen voor duurzaamheid over een tijdsbestek van tien jaar te analyseren.
Als gevolg van deze nieuwe eisen zal de basis voor betrouwbare en wetenschappelijk onderbouwde duurzaamheidsinformatie nog stabieler worden. Geavanceerde rapportage betekent ook uitbreiding van duurzaamheidsthema's over functies en bedrijven heen, waarbij een brug wordt geslagen tussen financiën, productontwikkeling, verkoop, duurzaamheid en andere teams. Onvermijdelijk zullen bedrijven een heel nieuw arsenaal aan mogelijkheden en middelen nodig hebben om aan deze nieuwe eisen te voldoen. Maar laten we niet vergeten dat de toenemende eisen en werkdruk niet de conclusie zijn. Uiteindelijk hebben bedrijven nu een uitstekende gelegenheid om deze nieuwe informatie te gebruiken als katalysator voor een versnelde bedrijfstransformatie.
Duidelijkheid door het samenkomende rapporteringslandschap
Ondanks de toenemende hoeveelheid duurzaamheidsdata denk ik dat we tegelijkertijd op weg zijn naar slimmere rapportage. We zijn al getuige van de welkome samenwerking en samenkomst van de rapportagekaders. Zo is het veelgebruikte Global Reporting Initiative (GRI) betrokken bij het opstellen van de European Sustainability Reporting Standards die de kern van de Europese duurzaamheidsrapportage zullen vormen en waarover nu een openbare raadpleging plaatsvindt. Op wereldschaal heeft de International Financial Reporting Standards (IFRS) Foundation haar eigen International Sustainability Standards Board (ISSB) opgericht om wereldwijde normen voor duurzaamheidsrapportage tot stand te brengen. Het werk van de ISSB bouwt voort op twee bestaande kaders: de Sustainability Accounting Standards Board (SASB) en de Task Force on Climate-related Financial Disclosures (TCFD).
Hoewel we nog steeds in de ontwikkelingsfase zitten die onzekerheid en zeker meer werk met zich meebrengt, probeer ik in gedachten te houden dat we hopelijk uiteindelijk zullen worden beloond met een meer gestandaardiseerd rapportagelandschap waarin gemakkelijker te navigeren is.
Naar slimme duurzaamheidsbeoordelingen en gefundeerde conclusies
Naarmate de kwaliteit, de opmaak en de beschikbaarheid van duurzaamheidsinformatie van bedrijven verbetert, hoop ik ook op een meer uniform en geconsolideerd landschap van duurzaamheidsevaluaties, -beoordelingen en -certificeringen. Onze huidige situatie kan verwarrend en vermoeiend zijn met uiteenlopende methodologieën, niet-bestaande correlaties, onjuiste conclusies en misleidende mededelingen. Niettemin hebben wij absoluut behoefte aan manieren om enorme hoeveelheden informatie te filteren en samen te stellen - nu meer dan ooit, nu we duurzaamheid op elk gebied moeten versnellen.
Tegenwoordig worden duurzaamheidsbeoordelingen opgesteld voor diverse commerciële en niet-commerciële toepassingen, met verschillende accenten en verschillende detailleringsniveaus. Er worden veel indices en beoordelingen opgesteld ten behoeve van de financiële sector, zoals de MSCI ESG Rating Index die de veerkracht van bedrijven ten aanzien van ESG-risico's beoordeelt, en de Dow Jones Sustainability Indices (DJSI) die de milieu- en sociale rapportage van bedrijven vergelijkt. Er zijn ook onafhankelijke beoordelingen van de duurzaamheidsprestaties van bedrijven, zoals de Global 100 Most Sustainable Corporations van Corporate Knights. Daarnaast richten sommige beoordelingen zich op een bepaald gebied van duurzaamheid, zoals het CDP, dat vooral bekend is om zijn uitgebreide beoordeling van de klimaatactiviteiten van bedrijven.
Uit deze voorbeelden blijkt dat verschillende duurzaamheidsbeoordelingen verschillende doelstellingen, aandachtsgebieden en evaluatiemethodologieën hebben. Soms is het moeilijk om conclusies te trekken op basis van de prestaties van een bedrijf in één enkele duurzaamheidsbeoordeling. Er zijn echter veel gevestigde spelers die betrouwbare inzichten verschaffen op dit gebied en interessante opkomende pogingen om een zinvolle analyse te maken van de duurzaamheidsprestaties van bedrijven. Als ik vooruit kijk, zie ik nog meer duidelijkheid voor alle belanghebbenden, een slim gebruik van ieders middelen en uiteindelijk een succesvollere besluitvorming op basis van relevante en tijdige informatie. Als we zover zijn, kunnen we ook de traditionele grenzen van de sector gaan doorbreken en ons gaan richten op oplossingen die daadwerkelijk effect sorteren.
Omdat "wat gemeten wordt, wordt gemanaged" meestal waar is, geloof ik dat een meer uniforme en bedrijfstak-overschrijdende evaluatie zal leiden tot een meer onbevangen, nieuwsgierige en ambitieuze aanpak bij het managen van de duurzaamheidsprestaties van bedrijven. Wanneer we niet alleen de prestaties, maar ook de impact kunnen meten, zetten we een nieuwe stap voorwaarts. Bij Neste steunen we deze ontwikkeling ten volle en zetten we ons ervoor in. Ik geloof dat het een essentieel onderdeel is om de duurzame transformatie van bedrijven en samenlevingen te versnellen.